Bij dit weer ga je sneller niezen
27 maart 2022, 12:41
Hatsjoe! Na een nies zeggen we vaak gezondheid, maar na drie keer niezen wordt ook regelmatig gezegd dat het morgen mooi weer zal worden. Waar komt deze spreuk precies vandaan, is het waar en bij welk weer ga je eigenlijk sneller niezen? In dit artikel lees je alles over de relatie tussen het weer en niezen.
Een nies begint met een prikkeling van het slijmvlies in onze neus. Door de prikkeling wordt een seintje naar onze hersenen gestuurd en daarna treedt de niesreflex op. De spieren in de ribbenkast en longen trekken samen om een nies te produceren. Een flinke nies kan zelfs snelheden van 165 km/uur behalen. De niesreflex is vergelijkbaar met kietelen: er is een prikkeling en vervolgens trekken onze spieren samen om weg te springen of moeten we bijvoorbeeld heel hard lachen. Soms moeten we meerdere keren achter elkaar niezen en dit betekent dat de kriebelende prikkel nog niet is verdwenen. We blijven dan net zo vaak niezen totdat de prikkel weg is. Dan is het natuurlijk de vraag of het na drie keer morgen mooi weer wordt.
Sneller niezen bij koud, droog en windstil weer
We niezen vaker wanneer we griep hebben of verkouden zijn. Dit komt vooral in de herfst en winter voor omdat kou, veel wind en temperatuurschommelingen onze weerstand verlagen. Als het vervolgens een tijdje rustig winterweer is, zorgt de kou in combinatie met een lage luchtvochtigheid voor het uitdrogen van onze slijmvliezen. Virusdeeltjes komen dan makkelijker ons lichaam binnen en zorgen voor een ontsteking van het slijmvlies. Die ontsteking is eigenlijk een constante prikkel en daarom moeten we vaker niezen. Tijdens en na een vorstperiode is er dus een grotere kans dat we moeten niezen.
Ook als je kerngezond bent kunnen temperatuurwisselingen in de winter een niesreflex opwekken. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer je vanuit de koude buitenlucht een warm huis binnenstapt. Je neusslijmvlies ‘schrikt’ als het ware van het scherpe contrast en die prikkeling kan een nies veroorzaken.

Een andere veroorzaker van de niesreflex die vooral in de winter voorkomt is houtrook. Dat merk je al aan de karakteristieke geur die je ruikt wanneer iemand in de buurt zijn houtkachel of vuurkorf heeft aangestoken. De rook kan vervolgens ook een prikkeling in de neus veroorzaken. Houtrook verspreidt zich slecht bij een droog weertype met weinig wind. Wanneer er nevel of mist ontstaat weet je ook dat er te weinig wind staat en de rook lang kan blijven hangen. Ook hier speelt de temperatuur indirect een rol, want bij zacht winterweer met temperaturen in de dubbele cijfers zal de kachel niet zo snel aangestoken worden.
Allergieën zorgen ook voor een prikkeling van het slijmvlies. Dit kan komen door haren van bepaalde huisdieren, stof of huisstofmijt. Hooikoorts is een allergie waar veel mensen in Nederland last van hebben en die sterk samenhangt met het weer.
Lees ook: Wanneer is de piek van het hooikoortsseizoen?

Niezen en hooikoorts
Wanneer je last hebt van hooikoorts moet je extra vaak niezen omdat het pollen van bepaalde plantensoorten een allergische reactie en prikkeling van je slijmvlies opwekt. De berk, hazelaar en grassen zijn de meest bekende veroorzakers van hooikoortsklachten. Je zult dus vaker moeten niezen wanneer de groei- en bloeiomstandigheden van deze plantensoorten optimaal zijn. Dit is tijdens zonnig, warm en droog weer. Er wordt dan ook gezegd dat de spreuk hiermee te maken heeft omdat mensen met hooikoorts vooral niezen wanneer het mooi weer is.
Lees hier bij welk weertype je het meeste en ook het minste last hebt van hooikoorts
Niezen door zonlicht
Wanneer zonlicht in ons oog schijnt, gaat er een signaal naar de hersenen en vervolgens krimpt de pupil: de pupilreflex. Bij ongeveer een kwart van de mensen zijn de oog- en neuszenuwen op een net iets andere manier met elkaar verbonden, waardoor het signaal vanuit de hersenen niet alleen in het oog maar ook in de neus een reflex opwekt. Daarom kan je dus bij fel zonlicht sneller de neiging hebben om te niezen.
Samenvattend: bij dit weer moet je sneller niezen
Bij koud en droog weer in de herfst en winter door het uitdrogen van onze slijmvliezen. Tijdens en na een vorstperiode moeten we vaker niezen door griep en verkoudheid
Door een scherpe overgang van de koude buitenlucht naar een warm huis
In de wintermaanden bij koud, droog, windstil en nevelig weer door houtrook
In het voorjaar en zomer bij zonnig, warm en droog weer door hooikoorts
Door fel zonlicht

Roosmarijn Knol
Meteoroloog
Weernieuws-onderwerpen
Kies een onderwerp om meer te weten te komen over het weer…