Wintertoerisme is big business. Tientallen miljoenen wintersporters leven zich jaarlijks uit op (en off) de piste, en dat heeft schadelijke gevolgen voor het landschap, het dierenleven en de drinkwatervoorziening. Wij pleiten daarom voor duurzame wintersport. Laten we deze winter eens de GROENE piste nemen!
Stap 1: plan je wintersportvakantie buiten het hoogseizoen
Een open deur? Ja, maar daarom niet minder relevant. Door het hoogseizoen te mijden zorg je voor een betere verspreiding van het toerisme, waardoor populaire skiresorts en hun omgevingen minder zwaar worden belast. Mooi meegenomen: net als strandresorts geldt dat skiresorts buiten het hoogseizoen goedkoper en rustiger zijn. Tussen begin maart en begin mei zit je safe, óók met het oog op schoolvakanties. Ook buiten het winterseizoen kun je op veel plekken goedkoop en in alle rust van de piste af. Zo kun je van mei tot november al wintersporten in het Stelvio Pass-skigebied op de grens met Zwitserland en Italië.

Stap 2: kies voor een diervriendelijk wintersportgebied
Voor dieren gaat de aanleg van skipistes ten koste van hun leefgebied. Zo stuitte skiresort Breckenridge in het Amerikaanse Colorado op verzet van natuurbeschermingsgroepen, omdat een geplande piste het leefgebied van de lynx nóg verder zou inkrimpen. De ontwikkelaar doneerde een grote som geld, waardoor er elders in de regio een beschermd gebied kon worden ingericht. De uitbreiding van skigebieden levert voor wilde dieren óók nog eens geografische barrières op. Zo vermijden vogels de scheidingslijn tussen pistes en bomen. In sommige wintersportgebieden wordt al geëxperimenteerd met ‘eilandjes’ bestaande uit houtafval, turf of begroeiing. Dieren maken van deze eilandjes gebruik om over te steken. Wat ook al helpt: een minder abrupte overgang tussen pistes en bossen, met struikgewas bijvoorbeeld.
Stap 3: kies een hooggelegen wintersportgebied
Anno nu zijn brede ‘autosnelwegpistes’ de norm. Niet alleen omdat brede en makkelijke pistes meer toeristen aanspreken, maar ook omdat egale vlaktes sneller met kunstsneeuw te bedekken zijn. Sneeuwkanonnen zijn daarom in vrijwel elk skigebied aanwezig. Skioorden in de Zuidelijke Alpen bedekken hun pistes zelfs voor 70 tot 100 procent met kunstsneeuw. Voor het produceren van deze kunstsneeuw is meer nodig dan een arsenaal aan sneeuwkanonnen; er worden talloze leidingen aangelegd en waterreservoirs van wel 400 miljoen liter water. De officiële lezing is dat er alleen maar neerslag en water uit stroompjes wordt gebruikt, maar soms is dit niet voldoende, waardoor er uit de drinkwaterreserves moet worden getapt en er een tekort kan ontstaan. Knoop daarom in je oren: hoe hoger de bestemming, hoe hoger de sneeuwzekerheid (en sneeuwval) en hoe mínder de inzet van water- en energievretende sneeuwkanonnen.
Lees hier hoe het maken van kunstsneeuw in zijn werk gaat.

Stap 4: neem de trein of bus naar je wintersportbestemming
Als je met de trein reist heb je geen last van ellendige files en droom je bij tijd en wijle weg bij prachtige uitzichten. Als je met de bus reist maak je je niet druk om sneeuwkettingen en winterbanden, en hoef je geen één keer over te stappen. Maar het grootste voordeel: als je met z’n allen reist in plaats van in een afzonderlijke auto, zorg je voor minder CO2-uitstoot.

Stap 5: verblijf in een duurzame accommodatie
Ecohotels, ook wel biohotels, zijn duurzame hotels. Ze genereren hun elektriciteit bijvoorbeeld op duurzame wijze en serveren louter biologisch eten. Het aanbod van milieuvriendelijke accommodaties is vooral groot in Oostenrijk, en varieert er van biologische boerderijen tot vijfsterrenhotels.
Stap 6: draag ‘ecocorrecte’ winterkleding
Steeds meer kledingmerken houden zich bezig met duurzaamheid, wat zich uit in ‘ecocorrecte’ kleding gemaakt van gerecyclede stoffen. De kleding wordt verder op duurzame wijze geproduceerd en vervoerd. De outdoormerken Patagonia en Vaude zijn op dit vlak éxtra goed bezig. Ze doneren respectievelijk een deel van de inkomsten aan milieuorganisaties en stellen duurzaamheidsrapporten op voor hun kleren.

Stap 7: blijf ON-PISTE
Dat zit zo: ski’s en snowboards, maar ook snowcats die de pistes klaarmaken, drukken de sneeuw samen, wat gevolgen heeft voor de isolerende eigenschappen ervan. De bodemtemperatuur onder een onberoerde laag sneeuw ligt rond het vriespunt. Maar een gecomprimeerde laag sneeuw isoleert maar half zo goed, wat leidt tot grote schommelingen in de bodemtemperatuur. Het gevolg: de samenstelling van de bodem verandert en de sneeuw smelt pas later, waardoor de bloeitijd van de planten en bomen in het skigebied wordt uitgesteld. Bovendien kun je als wintersporter bloemenwortels of -knopjes beschadigen.
Stap 8: overweeg een alternatieve wintersport
Als het jou meer om sneeuwpret te doen is dan om skiën of snowboarden an sich, moet je deze sporten eens proberen. Enerzijds probeer je eens iets nieuws en anderzijds beperk je er de impact op de bodem mee.
Skijøring is komen overwaaien uit Noorwegen. Het is een vorm van skiën, waarbij je je voort laat trekken door sledehonden of zelfs paarden. Skijøring, dat een militaire oorsprong heeft, hoeft niet per se in de bergen, omdat je het ook op plat terrein kunt doen. Jij kunt de sport uitproberen in diverse wintersportoorden in de Alpen, Noorwegen en Noord-Amerika.

Fatbiken is de laatste jaren enorm populair geworden en kan dan ook in bijna elk wintersportgebied worden gedaan. Een fatbike lijkt op weliswaar op een mountainbike, maar heeft dikkere wielen. Hierdoor fiets je er gemakkelijk mee door de sneeuw.
Voor rodelen, bobsleeën en skeleton is geen heel skigebied met meerdere pistes nodig, maar slechts één (ijs)baan naar beneden. Je ervaart dus hetzelfde gevoel van snelheid als op de latten, zonder dat je nóg meer schade toebrengt aan het landschap. Uitproberen? Ga naar ’s werelds langste bobsleebaan in het Zwitserse Winterberg of ’s werelds enige natuurlijke skeletonbaan in het Zwitserse Sankt Moritz. Rodelen kan in tal van landen, waaronder Duitsland, Slovenië, Canada en de VS.
Bron: Columbus